Zelf stempels maken
We gaan deze keer vorm onderzoeken. Dit doen we door te stempelen met spullen die we in huis hebben. Welke vormen ontstaan er? Zijn ze rond of hoekig? Zacht of hard? En wat zien we uiteindelijk in al deze stempels? Kunnen we ze herhalen en er iets van maken? Is het een mens of een robot?
Wat heb je nodig?
- A4 papier
- A6 papier
- Aardappel/ spons
- Inkt/stempelkussen en ecoline/acrylverf (kies 1 kleur)
- Kwast
- Schilmes/schaar/stanleymes
- Lijm
Oefenen
Gelukkig hoeven we niet meteen iets te bedenken. Door te oefenen en te kijken krijgen we inspiratie om een kunstwerk te maken. We gaan verschillende organische en geometrische vormen stempelen.
Wat zijn organische vormen?
Organische vormen zijn vormen die we in de natuur tegenkomen, zoals planten, dieren, mensen en rotsen. Ze zijn niet recht en strak, maar wat losser en steeds verschillend.
Wat zijn geometrische vormen?
Geometrische vormen zijn afgeleid van basisvormen zoals een vierkant, rechthoek, driehoek of een cirkel. Ze zijn vaak gemaakt met een liniaal of een passer om ze zo strak mogelijk te maken.
Stap 1: Organische vormen
Gebruik de dubbelgevouwen vellen A4 papier die je gemaakt hebt tijdens de voorbereiding.
Kies een pagina van uit je creative journal waar je gaat beginnen met deze opdracht. Pak een aardappel of een spons en snijd deze doormidden. Snijd een helft weer doormidden en snijd weer 1 helft in een nog kleiner stuk.
Tips:
Met een schilmesje kun je gemakkelijk een aardappel doormidden snijden. Een spons kun je met een stanleymes of een schaar goed in stukken snijden.

Stap 2: Inkt
Doe verf met de kwast op een van de ‘stempels’ als je acrylverf gebruikt. Als je een stempelkussen hebt, kun je de stempel meteen in het stempelkussen drukken.
Tips:
- Smeer niet te veel acrylverf op de stempel! Verf slechts een dun laagje op de aardappel stempel, zonder klodders.
- Als je een stempelkussen gebruikt is het belangrijk dat je goed met de stempel in het kussen drukt. Controleer of je stempel helemaal een kleur heeft waar de stempel in het kussen heeft gedrukt voordat je stempelt op het papier.

Stap 3: Stempelen
Stempelen maar! Herhaal stap 2 bij alle stempels die je hebt gemaakt met de aardappel of de spons uit stap 1. Wat kun jij ervan maken?

Stap 4: Geometrische vormen
Pak een nieuwe aardappel of spons en snijd deze doormidden. Snijd een vierkant, driehoek, rechthoek en cirkel uit de aardappel. Ga terug naar stap 2 en 3 om je stempel te bedekken met inkt of verf en te stempelen.

Tips:
Als je je stempel niet steeds opnieuw bedekt met de inkt of de verf, dan wordt jouw stempel op papier steeds lichter. Deze verschillen kunnen erg mooi zijn in je werk.

Stap 5: Reflectie
We gaan nu kijken welke vormen je hebt gestempeld. Dit noemen we ook wel het karakter van de vorm.
- Welke vormen zijn hoekig en welke rond?
- Welke vormen zijn zacht en welke hard?
- Wat kunnen we met deze vormen maken?
- Wil je nog even verder onderzoeken? Dat mag natuurlijk!

Stap 6: Toepassen
Nu we goed hebben geoefend is het tijd om jouw eigen kunstwerk te maken! Pak een A6 vel. Wat zou je van al deze vormen die we hebben onderzocht kunnen maken?

Stap 7: Afronden
Voeg eventueel met een stift in dezelfde kleur iets toe om jouw illustratie af te maken. Als je klaar bent, plak je het kunstwerk in je boekje.

Waarmee kun je nog meer stempelen? We zijn benieuwd naar jouw ideeën!
Laat zien wat je hebt gemaakt op insta of facebook. Tag: #gahilversum en #creativejournal.